De meting van het zuurstofgehalte bij pasgeborenen. Wat zegt dat over de gezondheid van jouw baby?
Een saturatiemeter is een soort metertje waarmee het zuurstofgehalte in het bloed van de baby wordt bepaald. Het metertje wordt met een bandje rond het rechterhandje- en voetje geplaatst. Dit heeft normaal een waarde tussen 95-100%.
In het ziekenhuis wordt dit meestal op dag 3 bij jouw baby gecontroleerd. Dit zal door de vroedvrouw gebeuren. We doen dit op rustige momenten, wanneer jouw baby slaapt.
Indien het verschil tussen beide meer dan 3 procent bedraagt of indien het zuurstofgehalte lager zou zijn dan 95%, zou dit kunnen wijzen op een hartafwijking. Door een hartafwijking kan het zuurstofgehalte in het bloed dalen.
Een afwijkende meting hoeft niet direct te betekenen dat jouw baby een hartafwijking of andere (long-)aandoening heeft. Het kan ook berusten op verkeerde meting, bijvoorbeeld door te koude handjes of voetjes of teveel onrust van de baby, of het zuurstofgehalte is te laag om andere redenen. Indien er twijfel is, zal de vroedvrouw de meting op een later moment herhalen of, indien dat noodzakelijk, overleggen met een kinderarts
De meting is niet gevaarlijk voor jouw baby. Er zijn geen risico’s aan verbonden en jouw baby voelt er niets van.
De test geeft geen 100% zekerheid. Er is een kleine kans dat het zuurstofgehalte te laag is bij één van de metingen, terwijl de baby geen hartafwijking of andere aandoening heeft. Hierdoor kunnen ouders soms onnodig bezorgd gemaakt worden. Ook is er een kleine kans dat de saturatiemeting niet afwijkend is, terwijl er toch wel sprake blijkt te zijn van een aangeboren hartafwijking. Bij twijfel zal de kinderarts dit verder laten onderzoeken.
